Zoeken

Mohammed Benzakour: Tien op een ezel - met illustraties van Fleur van der Weel

Het spreekwoordenboek Tien op een ezel van Mohammed Benzakour is een ode aan een oeroud volk, de Berbers, en hun schitterende taal. Met het boek ontsluiert de schrijver hun volksaard aan de hand van spreuken en spreekwoorden. De vele mooie, dwaze en vooral beeldende spreekwoorden voeren hem terug naar zijn jeugd in Marokko, met de verhalen en sagen waarin die spreekwoorden te vinden zijn. In veel van die spreuken spelen dieren een hoofdrol. Reden te meer voor het Natuurhistorisch Museum Rotterdam om de dierenillustraties uit het boek - van de hand van Fleur van der Weel - samen met teksten van Mohammed Benzakour te exposeren. Negentien in totaal, waaronder een hagedis die in een slang verandert (Ner thezzermoumecht qber ma adHa dh-firar), een jakhals in een stoofpot (Ouchen hrerr ouchen hram, tark-as Hsen), een blinde vogel die van rotte tuinbonen snoept (Kour bow yexsaan iwyast Arbbi azjdhidh dhadharar ith ra yechen), een vergrijzende raaf (Hama thchab tbarra) en natuurlijk tien Berbers op een ezel (Itwara aachra xouryour). Met teksten in zowel het Nederlands als het Berbers was deze kleine tentoonstelling ook een literair hoogtepunt.

'Mohammed Benzakour: Tien op een ezel - met illustraties van Fleur van der Weel' duurde van 15 september t/m 4 november 2018.

Mohammed Benzakour (Marokko, 1972) is naast schrijver ook columnist, journalist en imker. Van zijn hand verschenen onder meer Yemma (2013), dat werd bekroond met de E. du Perronprijs, en de roman De koning komt (2015), waarmee hij de ANV Debutantenprijs won.

Fleur van der Weel (Middelburg, 1970) is illustrator en grafisch vormgever. In 2004 ontving zij samen met Edward van de Vendel de Woutertje Pieterse Prijs voor Superguppie, het eerste kinderboek met illustraties van haar hand. Daarna illustreerde zij talloze boeken, waaronder de bijzondere dierenboeken van Bibi Dumon Tak. Onlangs ontving Fleur een Zilveren Penseel voor haar tekeningen van Pippeloentje van Annie  M.G. Schmidt.