Op 15 juni 2019 viel langs de Schalkwijkse Wetering in Houten een jonge ooievaar uit het nest. De dierenambulance bracht de onfortuinlijke vogel naar de Vogelopvang Utrecht. Daar vertrouwden ze de opvallend harde en geel doorschijnende buik niet en werd het nestjong overgedragen aan de zorg van Dierenkliniek Hoograven. De dierenarts constateerde dat er geen redden meer aan was: de maag zat stampvol met postbode-elastieken. 

In het museum werd de laatste maaltijd onderzocht. De ooievaar bleek behalve met elastieken van het brede ‘postbode-type’ ook met enige dunne elastiekjes en een bruinleren polsveter gevoerd te zijn. In totaal maar liefst 490 gram. Behalve wat aarde (vermoedelijk bijvangst van de elastieken) bevatte de maag geen natuurlijk voedsel. 

Jonge ooievaars worden vaak met regenwormen gevoerd. Dat moet ook met de vogel uit Houten het geval geweest zijn, ware het niet dat zijn ouders een partijtje afgedankte elastieken voor een regenwormenbonanza hebben aangezien. Hoe en waar die elastieken in het milieu terechtgekomen zijn is onbekend. Postbode-elastieken worden behalve door postbezorgers ook thuis, op kantoor en in de bos- en tuinbouw gebruikt. 

Meer dode dieren met een verhaal