Zoeken

Weer een nieuwe soort walvis uit de Westerschelde: Nehalaennia devossi

[17 mei 2019]  Onderzoekers van het Natuurhistorisch Museum Rotterdam hebben een nieuwe soort walvis ontdekt: Nehalaennia devossi. In het tijdschrift PeerJ beschrijft het internationale onderzoeksteam de uitmuntend bewaard gebleven schedel van deze vinvis. Het uitgestorven zeezoogdier zwom zo'n 8,4 miljoen geleden in de Noordzee. De schedel werd in 2014 op een diepte van 30 meter opgevist tijdens een wetenschappelijke expeditie op de Westerschelde nabij Terneuzen onder leiding van honorair conservator Klaas Post.

Eerbetoon aan John de Vos
De soortnaam van de nieuwe walvis, devossi, is een eerbetoon aan dr. John de Vos, paleontoloog, verbonden aan Naturalis in Leiden. Deze wetenschapper werkt zijn leven lang al aan de Nederlandse paleontologie en heeft in de loop van die tijd een belangrijke rol gespeeld bij het tot stand komen van de samenwerking tussen onderzoekers en fossielenverzamelaars. Hierdoor zijn veel belangrijke fossielen in museumcollecties terecht gekomen waar ze veilig bewaard en onderzocht worden.

Het nauwkeurige onderzoek aan de schedel van Nehalaennia devossi toonde aan dat er veel moderne kenmerken in het fossiel te zien zijn. De schedel leek dus al veel op de schedel van moderne vinvissen. Dat is verrassend, want het fossiel is ruim 8 miljoen jaar oud. Het toont dus aan dat een belangrijk deel van de evolutie van vinvissen eerder heeft plaatsgevonden dan tot nu toe werd gedacht.

De onderzoekers hebben de nieuwe schedel vervolgens vergeleken met 82 andere fossiele en nog bestaande soorten vinvissen. In deze uitgebreide analyse ontdekten ze een patroon in de evolutie van de vinvisfamilie: tijdens koude perioden ontstaan er meer soorten en tijdens warme perioden sterven er meer soorten uit. Ze wijden dit fenomeen aan een grotere voedselbeschikbaarheid tijdens koude perioden.

Te zien in expo ‘Zeeuwse Oerwalvissen’
De unieke schedel is te zien in de tentoonstelling ‘Zeeuwse Oerwalvissen’ in Het Natuurhistorisch. Deze tentoonstelling toont de resultaten van de expedities: minimaal zes soorten fossiele walvissen en dolfijnen. Al eerder werden de kleine La Plata dolfijn Scaldiporia vandokkumi (genoemd naar de schipper die hem opviste) en de primitieve baleinwalvis Tranatocetus maregermanicum beschreven. Er werden ook resten van een grote lederschildpad gevonden.

Ter gelegenheid van deze derde nieuwe walvissoort wordt de tentoonstelling ‘Zeeuwse Oerwalvissen’ verlengd tot eind 2020.